Afgelopen nacht, elf jaar geleden, bracht ik voor de tweede keer een wonder ter wereld. De eerste wee om half drie, het babygeschreeuw volgde krap drie kwartier later.
Ja, dat ging snel. Te snel. De placenta wilde er, in tegenstelling tot mijn kind, maar niet uitkomen. Er werd zo hard op mijn buik geduwd en gebeukt dat de placenta afscheurde. Ik verloor erg veel bloed: het gutste en golfde eruit. Een paar inwendige hechtingen, maar ik was zo onbeschrijflijk blij met mijn perfecte meisje dat ik er niets van voelde. Alle pijn bedekt met een deken van acute moederliefde.
Eergisteren heb ik haar verjaardagscadeau in orde gemaakt. Ze wilde zó graag een nieuwe fiets: dit keer alsjealsjeblieft géén afdankertje van haar grote broer.
Ik snapte helemaal wat ze bedoelde. Maar jee, een nieuwe fiets… Die kost al gauw honderden euro’s. Op marktplaats tikte ik een prachtexemplaar van een mountainbike op de kop. ‘Z.g.a. nieuw’. Kleine mankementen. Niet duur, wel mooi. En robuust. Een nieuwe fietsstandaard was in een mum van tijd gemonteerd. Licht voor- en achterop ook. Remmen ingesteld, banden gerepareerd en opgepompt. Een gloednieuwe kilometerteller op het stuur. Ik was stante pedale trots op mezelf: gepoetst en gepimpt was (en is) het een juweel.
Een juweel dat nu – onder een doek in de keuken – geduldig staat te wachten op de nieuwe, nog onwetende bezitster. Die is er namelijk niet.
Ik zit in mijn eentje aan de keukentafel. Het traditionele verjaardagsontbijt – met croissantjes, cadeautjes, een kaarsje en een glaasje met bloemetjes uit de tuin naast het bord – geniet mijn jarige (hopelijk) bij haar papa en zijn vriendin.
God, wat is het leeg zo…
Ik tuur naar de fiets. Het is bijna alsof de fiets afwachtend terug gluurt van onder het doek. Ben ik toch niet helemaal alleen: wij verheugen ons in mijn gedachten samen op haar komst. Straks. In de tussentijd mijmer ik wat. Elf jaar geleden om deze tijd lag ik in een ziekenhuisbed met een warme, rozige baby in mijn armen. Elf jaar geleden had ik er nog geen idee van hoe geweldig ze zou worden. Hoe scherp, handig, creatief, liefdevol en humoristisch. Hoe sociaal vaardig. Hoe zorgzaam. Vooral voor mij.
Het gemijmer helpt geen bal. Integendeel. Ik mis haar. Ik mis haar NU. Zou ze mij op dit moment ook zo missen? Ik denk, nee, ik hoop heel hard, dat ze glunderend zit te kijken naar alle cadeautjes van haar papa en grote broer. En dat ze zich stiekem afvraagt, wat mama straks nog voor haar in petto heeft.
Maar ik wil dat ze NU het laken van haar cadeau trekt. Wil NU haar sproetengezicht zien, de blijdschap in haar grijsblauwe ogen. Ik wil dat ze NU in mijn armen springt en me platknuffelt omdat ze zo blij is met haar fiets. Gewoon. Nu.
Maar hoe zeer ik ook wil en wens, het wordt toch niet eerder dan straks.
Een momentje moedergeduld, alstublieft…
Ik snuif ‘m op. Die willoos langs mijn neusgat naar mijn lip omlaag druipende traan. Een klein beetje zilt nat op de innerlijke wonde. Ik slik de laatste happen van mijn keiharde broodje ouwe kaas door. Verslik me in alle rust in mijn koffie. En ik wacht met geveinsd engelengeduld op mijn jarige dochter. De camera van mijn mobiel in de aanslag.
Als ze straks binnen komt wandelen, wil ik haar verrukte gezichtsuitdrukking inclusief twinkeling vastleggen. Voor mij, voor volgend jaar. Voor bij mijn dan mogelijk ook weer verjaardagskindloze verjaardagsontbijt.
Als ze dan maar geen Ferrari wil. Die past niet in de keuken.
Gefeliciteerd met je dochter. Een prachtig fietsje, ze gaat er vast en zeker heel blij mee zijn!
Dank je 🙂 Ze was er inderdaad heel erg blij mee. Ze stond erbij te trillen 🙂
Felicitaties voor en met je dochter – en een dikke knuffel voor jou.
Geweldig verjaardagscadeau bij de weg.
Dank je!! 🙂
Lieve Lou deze komt snoeihard binnen. Zo enorm herkenbaar. Van harte met je meisje.
Liefs
Dank je, lieve Marga. Alles is goed gekomen 😉 X