Nieuwjaarsdag. We zitten met de hele familie onderuitgezakt en lichtelijk brak op de bank. Mijn jonge, lenige nichtjes zijn er ook en zien er onmogelijk kwiek en fit uit. Natuurlijk hebben wij ouwen het over de lichamelijke gebreken die met de jaren steeds groter worden.
Vroeger, vroeger kon ik alles. Benen in de nek leggen, radslag, handstand, split, bruggetje achterover, spagaat, de hele mikmak. Maar nu, nu moet ik, als ik lang gezeten heb, eerst even ‘in de benen komen’. De eerste paar passen zijn vaak ietwat moeizaam. Eerst de stramme rug strekken en dan gaat het wel weer. We hebben stuk voor stuk uitermate brakke knieën, zere schouders en een vaak jammerende onderrug.
“Ik kan mijn benen wel in de nek leggen, hoor!” roept dochter (11) enthousiast, en demonstreert stante pede.
“Kan ik ook,” voegt nichtje (17) eraan toe.
“Nou, volgens mij kan ik best nog wel een spagaat,” mompel ik moedig.
“Ziehien!” wordt er meteen in koor geroepen. Why not. Ik sta dapper op en trek mijn legging recht. Ik heb elastisch spul aan, dus qua uitscheurende kleding moet het geen probleem zijn.
“Niet onopgewarmd doen, joh!” roept mijn zus nog. Ik denk enkel: ach wat, ik kon altijd al spagaat. Ik mag dan wat overgewichtig zijn, ik = lenig. Daar hoef ik echt niet voor op te warmen. Ik zie mezelf daar al staan, midden in de woonkamer, beetje op de plaats dribbelen en rek- en strekoefeningen doen. No way, dat moet ook zo kunnen, zelfs op mijn 45e. Ik ben jong, jonguh!! Ik ben soepel. Ik kan dat.
Ik doe mijn kunstje. En hoor een luide, duidelijke “knak!” in mijn achterwerk.
De spagaat lukt op formidabele wijze (wist ik toch), maar mijn rechterbil denkt daar heel anders over. Een paar spieraanhechtingen in die regio gillen het acuut uit. Ik inwendig ook. Verbeten sta ik op.
“En nu moet ik écht even naar de wc,” roep ik en hobbel zo soepel als ’t nog gaat weg, de rest in lichte be- en verwondering achterlatend.
Ik ken deze pijn. Ik heb dit al een paar keer gehad, nadat ik onopgewarmd een ferme doeltrap maakte tijdens het voetballen. Godnondeju wat steekt het. Mijn bil staat in brand.
De pijn is hels in de dagen die volgen. De achterkant van mijn bilpartij is licht blauwrood. Ik kan nauwelijks zitten, smeer klodders diclofenac onder mijn rechterbil, slik een paar pijnstillers. Niks helpt. Eens even googelen. Ik typ ‘Spagaat’, ‘bil’ en ‘pijn’ in de zoekbalk. En daar staat het: mijn hamstring is verrekt of mogelijk zelfs (in)gescheurd. Nou, fijn dan.
Maar ik weet het nu: ik ben officieel oud. Te oud om out of the blue een spagaatje te doen. Nu, dik anderhalve week later, kan ik nog steeds niet pijnloos zitten. Dus mocht u, veertigplusser, dit ook willen proberen, dan hier mijn op eigen ervaring gebaseerde advies: Doe het niet!! Uw achterwerk zal u dankbaar zijn. Het mijne haat mij momenteel.
Ik wilde het nét gaan proberen. Nog maar even niet dus..
(Overigens denk ik niet dat het mij nog gaat lukken, dus respect!)
Heb zoiets lang geleden meegemaakt. Niet vanwege een spagaat maar door een bokkend paard. In eerste instantie meende de huisarts dat het met rust moest overgaan, daarna meer rust en nog meer rust en na een jaar, toen ik bijna niet meer kon lopen van de pijn, heeft de fysiotherapeut alles los moeten maken en onder bewegen opnieuw laten genezen omdat er dwarsverbindingen waren ontstaan in de gescheurde pees. Kort: laten genezen met bewegen, rust roest. Sterke, toi, toi, toi, breek een been 🙂