Bij de lokale supermarkt kreeg ik bij de kassa een enigszins verlept bosje met zeven narcissen cadeau, ter ere van iets onduidelijks. Inhalig als ik ben, nam ik ze verheugd in ontvangst.
Later op de dag las ik, toeval of niet, ook iets over narcisme; dat is een hot item tegenwoordig. Het begrip stoelt op de Griekse mythe over de jongeman Narcissus, die verliefd werd op zijn spiegelbeeld dat hij zag in de wateroppervlakte van een vijver. Dat klinkt als iets onschuldigs. Als een klein kind dat voor de spiegel staat, vooroverbuigt en zijn spiegelbeeldzelf lachend kusjes geeft. Schattig toch?
Maar zo schijnt het niet te zijn. Narcisme klinkt dan weliswaar geel en gezellig, maar dat is het absoluut niet. Een narcist is iemand met een, weliswaar goed verbloemd, voor derden toch wel kwalijk karakter. Omdat ie erg nare, dominante, egocentrische, zeer manipulatieve trekken heeft en daarbij helaas ook nog eens een fors gebrek aan empathisch vermogen. Maar: wél charmant verpakt.
Ik heb een vriendin die haar hele leven al van het padje is en alle psychiatrische diagnoses al drie keer heeft gehad, doch geen enkele bleek geheel kloppend en sluitend. Uiteindelijk kwam men erachter: het is een vorm van PTSS (Post Traumatisch Stress Syndroom). Dat kennen we inderdaad van Vietnam-veteranen.
Derhalve zou je denken dat er kennelijk iets levensbedreigends is gebeurd, waarbij ze de dood in de ogen heeft gezien. Nee, ze is niet uitgezonden geweest naar Afghanistan, heeft niet, met gevaar voor eigen leven, een horde kinderen uit een brandend huis gered en het is ook niet zo dat ze ternauwernood, als enige, een natuurramp heeft overleefd.
Alles wat er gebeurd is, is dat ze werd opgevoed door twee tamelijk narcistische ouders. En dat was kennelijk traumatisch genoeg voor het ontwikkelen van PTSS. Want stel je eens voor: wat zou er met jou gebeurd zijn, wanneer je als kind, op een of andere manier, stelselmatig de boodschap krijgt dat je geen rekening houdt met anderen, niet goed genoeg bent, dus beter en anders moet zijn, want meer zus en minder zo moet doen en immer lastig bent én altijd overgevoelig reageert, waardoor je overal een drama van maakt? Kortom: je bent een slecht kind. Dat is de boodschap die zij constant hoorde én voelde.
Zou jij daar niet verward, verdrietig, angstig, depressief en soms zelfs suïcidaal van worden? En zo’n behandeling in je jeugd draagt zeker niet bij aan een gezond zelfbewustzijn, want zo wordt je ‘zelf’, je ego, je persoon, successievelijk de grond in geboord. Dus gooi je jezelf, je “eigenheid”, maar aan de kant. Weg ermee!
Maar nu roep je: dat is toch vréselijk?! Je reinste kindermishandeling! Helemaal mee eens, En in een vorm die op veel grotere schaal voorkomt, dan die waar de kranten vol van staan.
Let wel: er is ogenschijnlijk (!) absoluut niks mis met die ouders. Hele gewone, vriendelijke mensen, die maatschappelijk goed meekomen. Beiden in die charmante verpakking; zeer zeker geen lui om een hekel aan te hebben. Beiden werk en een auto en samen een doorzonwoning met een tuin op het zuidwesten, een hond en twee kinderen. Twee keer per jaar op vakantie en barbecueën bij mooi weer. Het zouden zomaar uw buren kunnen zijn. U zou het ook zomaar zélf kunnen wezen.
Wie komt er nu volledig zonder kleerscheuren door zijn jeugd of door zijn leven? Ik ken ze niet. Jij wel? Je eigen verkniptheden zorgen er vervolgens weer voor dat je ook weer anderen verknipt. Dit is niet te voorkomen, tenzij je je bewust wordt van de onderliggende drijfveren van je automatische reactiepatronen. Pas als je de moed hebt om die écht onder ogen te zien, gloort er weer hoop aan de horizon.
Maar wie is er zo gek om dat te doen? Ik ken er maar één. Mijn vriendin.
Zekerheidshalve heb ik die narcissen, die me plots heel erg hooghartig aankeken, direct driftig doormidden geknakt en in de vuilnisbak gegooid; op nog meer verlepping in mijn toch al zo troosteloze leven zit ik niet te wachten. Daarna trok ik ter troost een fles Chardonnay open. Je moet toch wat.
En zo kutkeveren we er allemaal maar een eind op los.

bron: pixabay.com