Schrijfcursussen middels retraites aan zee op de Waddeneilanden, bij een rustieke boerderij in de Veluwse bossen of in een stil en sereen Limburgs klooster. Zuidwaarts; in een dorpje in de Dordogne, aan de Spaanse kuststreken of op een bekend Italiaans schiereiland.
Voor beginners, gevorderden of reeds ervarenen, eendaags of meerjaars; ze zijn er in alle soorten, maten en prijzen: van enige tientallen tot een paar duizend euro. Met overnachtingen in een riante privé-kamer op een luxe resort tot op een lullige slaapzaal met stapelbedden.
Alle voorzien van bijzondere culinaire ondersteuning en een uiteraard onontbeerlijke spirituele inslag. Dus wat doe ik moeilijk? Kies!
Allemaal hebben ze echter het uitgangspunt gemeen, dat het gebruik van pen en papier noodzakelijk is En dan haak ik al af… Dan al? Ja, dan al. Want ik heb vréselijk de schurft aan schrijven. O ja? Ja!
Wat is er mis met een iPad of een laptop? Is dat wellicht niet authentiek genoeg? Ga dan ook voor een perkamentrol, ganzenveer en ijzerinkt!
En dan het papier, waarbij de onbegrijpelijke voorkeur uitgaat naar een zogenaamd “Moleskineboekje”. We hebben het hier over een doodgewoon gelinieerd boekje met een harde, doch lederen kaft, dat is voorzien van een “elastische sluiting” in de vorm van een doodgewoon plat, elastiek in de kleur van de kaft. Wat is daar zo speciaal aan, behalve de uitzonderlijk hoge prijs? Een lookalike is desgewenst voor een habbekrats bij de HEMA verkrijgbaar.
Waar de cursus-aanbieders het ook unaniem over eens zijn, is dat de schrijveralij “in alle rust” dient te geschieden. Als ik dat lees, breekt van schrik het zweet me aan alle kanten uit. Die rust bestaat dan kennelijk uit het zoveel als mogelijk ontbreken van externe prikkels, behalve dan die van de elementen. Deze worden belemmerend geacht voor het creatieve schrijfproces.
Dan zie ik mezelf, na het nuttigen van een kom zeewiersalade met gezeezoute zonnebloempitten en de nodige naakte haver, al zenuwachtig zonnegroetend, op een wel heel erg zanderig en winderig strand staan, met een hoog golvende en luid ruisende zee, waardoor ik om het kwartier denk te moeten plassen en het is toch zeker vijftien minuten lopen, voordat er weldadig gewaterd kan worden.
En, kort na het ochtendgloren en het nuttigen van een groot glas groene smoothie afgetopt met een snufje spirulina, in het bedauwde gras liggen, met ongetwijfeld her en der een koude koeienvlaai en kolonnes kruipend geleedpotig gedierte, kil en klam van het optrekkende vocht, wat ongetwijfeld sterk en dwingend op het darmstelsel werkt en de latrines, die wel lavendel geschilderd zijn, maar er niet naar ruiken, zijn bepaald niet om de hoek.
Of, na de vegetarische lauwe linzenlunch, die geel zag van de kurkuma en de paardenbloemblaadjes, ruggelings tegen de ruwe stam van een bejaarde kastanjeboom zitten, na deze ongetwijfeld eerst omstandig te hebben bevoeld en geknuffeld, hetgeen vermoedelijk hevig en langdurig van invloed is op het gemoed en de traanklieren, waardoor voornoemd boekje vlekkerig, doorweekt en dus onbruikbaar raakt. Wordt dat verondersteld te inspireren? En tot wat dan, behalve tot ongemak en wanhoop?
Geef mij maar een rommelkamer met een laptop, iets ter versterking van de inwendige mens, en de mogelijkheid tot praten, lachen, zingen, dansen, mailen, facebooken, internetten, YouTube-en, lezen, appen, bellen, Spotify-en, opruimen in de zin van rommel verplaatsen, wasje draaien en de kat aaien.
Wil het ene verhaal niet zo vlotten? Dan ga ik weer verder met het andere, of ik begin gezellig met een nieuwe tekst. Drie verhalen door elkaar maken? Geen probleem!
Rot op met je rust! Ik wil reuring! Ik gedij niet bij structuur, ik floreer bij chaos; aan een opgeruimd bureau kan ik niet werken en in een opgeruimd huis kan ik niet leven. En geloof me; ik heb het écht geprobeerd, maar er moet kennelijk altijd toch eerst chaos worden gecreëerd, om tot iets constructiefs te kunnen komen.
Dat overdenkende, valt mijn oog op een uitspraak van wijlen schrijver Henry Miller: “Chaos is het woord dat we bedacht hebben voor een orde die we niet begrijpen.”
Geen idee wie Henry was, maar hij had natuurlijk wél gelijk.

bron: pixabay.com (+ eigen toevoeging)