Een beetje verlaten en met wallen onder de ogen zit ik nu achter de computer. Vannacht om kwart voor één lag ik namelijk nog wakker. Ik dacht aan exact hetzelfde tijdstip zestien jaar geleden. Toen had ik alles nét achter de rug. Het piepkleine hummeltje dat ineens mijn zoon was, lag nog te kermen in de armen van mijn toenmalige partner. Kort daarop ging hij de couveuse in, want ‘béétje te vroeg’. En ik had zijn hoofd nogal in de vernieling gedrukt, dat ook (a classic conehead). Ik lag daar volledig voor pampus, terwijl ze me – letterlijk – naaiden.
En nu is het zomaar ineens, floep, zestien jaar later. Mijn zoon is een groot mens geworden. Bijna tien centimeter langer dan ik (en ik ben absoluut geen kleintje), de baard in de keel en altijd een schalkse grijns om de lippen. Uitgegroeid tot een rustige, verstandige, enigszins chaotische, sociale vent met een flinke dosis gezonde ironie.
Verdwenen is het kleine knulleke, dat ik altijd mijn ‘knuffie’ noemde. Verdwenen is het gruwelijk onzekere, zwaar dyslectisch met ADD (geen H) gediagnosticeerde, wat ‘aparte’ jongetje met de hoge stem. Verdwenen is het vaak zieke jochie, dat ononderbroken in zeven sloten tegelijk liep en altijd onder de blauwe plekken zat.
Dyslectisch is hij nog steeds als de pest, maar van de ADD is niets meer te merken. In die sloten loopt hij ook niet meer; de meeste tijd zit hij achter zijn laptop minecraft games te programmeren en mods te downloaden. Daar krijg je bar weinig blauwe plekken van. Hooguit een virusje op zijn tijd.
Hij is volwassen geworden, maar tóch tegelijkertijd nog steeds zo’n jongetje gebleven…
Tijdens elke avondmaaltijd probeert hij mij onverstoor- en onvermoeibaar de meest vergezochte kwantumtheorieën, wiskundige formules, universele wetenschappen en atomaire bouwkunde uit te leggen.
Hij kan afdoende koken (nog best lekker ook), ruimt zelf op, doet wat hij moet doen voor school en weet waarmee hij mij blij kan maken. Zo geeft hij me nog altijd een big hug als hij naar bed gaat (“G’nacht, mams.” – knuffel – “Slaap lekker, knul!”).
Dat is weliswaar altijd ergens om een uur of tien, omdat ik zeg dat hij maar eens moet gaan tandenpoetsen (wat hij dan ook braaf doet), maar als ik zelf (ver) na middernacht naar bed ga, is hij bijna altijd nog wakker. Helaas is het inmiddels ‘ongepast’ om te checken wat hij dan allemaal nog uitvreet in die tijd… Privacy heeft hij hoog in het vaandel.
Zo gaat dat dus. Tenminste, op de dagen dat hij bij mij is. Dat is vandaag niet het geval. Na een snel verjaardagsontbijt met alvast een paar cadeautjes (de rest volgt later), waarvoor hij bij wijze van puberhumor eerst even een schietgebedje deed (zie foto, met balkje om voornoemde privacyredenen), is hij om 7 uur naar school vertrokken. En vanuit school gaat hij direct naar zijn vader. “Dag jongen, fijne verjaardag nog bij papa!”
De gisteravond laat nog zorgvuldig opgehangen verjaardagsentourage hangt er nu verlaten bij. Buiten is het grauw en grijs. Het stormt en slagregent. Geheel conform mijn stemming. Maar innerlijk vier ik des te meer.
Mijn leven is nu zó anders dan zestien jaar terug. Ik woon in een andere stad en in een ander huis, doe ander werk en heb een andere partner. Met dat alles ben ik meer dan blij. En nu heb ik dus eigenlijk ook nog eens een ander kind. Nog steeds dezelfde mens, maar met een nieuwe, gegroeide en erg aangename persoonlijkheid. Hij is bíjna een volwassene. En niet meer standaard bij mij, op speciale dagen als deze.
Vanavond toast ik in mijn eentje op mijn zoon. Ik vier hem naar behoren.
“Goed gelukt, die vent!” wil en kan ik roepen.
Maar ja, als moeder kun en wil je sowieso niet anders.
Gefeliciteerd met je zoon, Lou! Een toast op hem en op 16 jaar moederschap!
Wat lief!! Dankjewel 🙂