“Vertel eens, welk moment of welke periode in je leven was eigenlijk het mooist? Ik bedoel, welke periode zou je best nog een keer over willen doen?” vraagt mijn vriendin. We zitten aan haar eettafel; ze heeft me uitgenodigd voor het avondeten. “De periode toen ik 17 was, denk ik zelf,” voegt ze eraan toe, terwijl ze opstaat om open te doen. De bel is onverwacht gegaan.
Ik denk er intussen even over na. Mijn gedachten zijn nog bij gisterenavond, toen ik op internet ineens oud filmmateriaal over het concentratiekamp vond, waar mijn grootvader was ondergebracht tijdens de tweede wereldoorlog. Ik herinner me dat hij vaak over zijn bevrijding sprak, maar eigenlijk nooit over de oorlog. Het filmpje ging over de bevrijding, maar vreemd genoeg zag ik zelf alleen maar oorlog. Met die beelden nog op mijn netvlies lijkt mijn leven ineens zo volmaakt gelukkig.
Mijn vriendin loopt naar de gang en doet open. De buurvrouw, Irene, komt binnen. Ik ken haar nog van vroeger, toen ik zelf nog in deze buurt woonde. Ik schuif de vraag meteen door.
“We hebben het net over de gelukkigste periode in je leven? Wat denk jij, Irene?”
Irene is geen moment van haar apropos door de vraag. Het leven heeft haar alle antwoorden al gegeven.
“Het klinkt misschien vreemd, maar juist het afgelopen jaar voel ik me bijzonder goed. Eigenlijk, nu ik ouder ben, ben ik pas echt gelukkig. Ondanks mijn geldgebrek; dat nooit is veranderd. Ik heb gisteren het laatste geld van mijn begrafenispotje opgemaakt. Het voelde heel bevrijdend. Vreselijk toch?” lacht ze met pretlichtjes in haar ogen.
Ik kijk naar Irene en bewonder haar energie en levenslust. Irene is bijna 80 jaar.
“Ik heb geen uitvaartverzekering, daarom had ik zelf iets opzij gezet voor mijn begrafenis, maar helaas moest ik het geld toch weer aanbreken.”
“Hoewel je misschien arm bent, ben je tegelijkertijd misschien best wel rijk? Ik bedoel, je hebt veel geschreven en gedanst. Theater gemaakt…”
“… en gezongen!” voegt ze eraan toe.
“Ik wist niet dat je ook zong?”
“Ah, oui, Franse chansons!”
Irene gaat staan en zingt. Ik luister verbaasd. Ze zingt prachtig. Haar trefzekere, diepe stem heeft dezelfde warme kleur als de rode baret, die ze schuin op haar hoofd draagt. Op haar bijpassende pumps maakt ze voorzichtige danspasjes door de kamer.
Af en toe laat haar geheugen haar in de steek en wiebelt de tekst even op haar rode hakken. Helaas kan ik niet zingen, maar ik ken wél alle teksten. Ik vul de ontbrekende woorden voor haar in, terwijl zij tegelijkertijd de juiste klanken erbij neuriet. Édith Piaf, Jacques Brel, Georges Moustaki, Joe Dassin, struikelen met Irene mee.
Ne me quitte pas…
Je ne regrette rien…
“En het gaat allemaal over de liefde!” roept Irene verrukt uit. Het timbre in haar stem wordt dan wat zwaarder. “Maar de liefde kwam en ging. Je weet dat ik nog jong was toen mijn man overleed. Met twee kleine kinderen bleef ik alleen achter. Maar ik heb het toch gered. En later af en toe nog hele mooie vriendschappen gehad…”
Ik knik. Soms zag ik haar in het dorp achterop een gammele fiets zitten bij een wat oudere kunstenaar. Ik herinner me ook, toen we nog in dezelfde straat woonden, een blozende man die regelmatig met een bos bloemen in haar voortuin stond.
“Sag mir, wo die Blumen sind?” geef ik als aanzet. Ze begrijpt me meteen.
We zingen samen een lied van Marlene Dietrich, dat over de oorlog gaat.
”Sag mir wo die Blumen sind…? Wo sind sie geblieben?”
“Sag mir wo die Männer sind….?”
We zingen nu over haar gestorven man, over mijn grootvader die altijd slachtoffer bleef, over verdwenen soldaten en over onze verloren liefdes.
“Wo sind sie geblieben…? Was ist geschehen?” galmen we uit volle borst.
En ineens denk ik weer aan dat gevraagde moment. Het moment dat ik nog eens zou willen herbeleven. Dít is dat moment. Met twee vriendinnen de valse noten van het leven samen wegzingen en teksten zonder enige uitleg weer invullen.
Irene bezingt het leven. Een verzetsstrijdster tegen de dood, met een gesneuveld begrafenispotje.

bron: commons.wikimedia.org (CC0 public domain – copyright expired – orig.1930)
Prachtig! De essentie van het menszijn. In een notendop.
Hee Door, mooi omschreven! Dank je wel.