Laten we maar niet doen of Valentijn niet iets betekent. Natuurlijk betekent het iets. Een commercieel feest van de Blokker bijvoorbeeld. Maar een kus of een ontbijt op bed is niet te koop. Het betekent veel, ook als het niets betekent. Als deze dag voorbij gaat als alle andere en je alleen de belastingbrieven uit je bus hebt te halen, dan is dat pure wreedheid. Dat kun je je eigen moeder nog niet aandoen.
In toeristisch Amsterdam zie ik aan de lopende band stelletjes voorbij komen. Maar het aantal mannen dat uit zichzelf op het idee komt om een Delfts Blauw ‘kissing couple’ te kopen voor hun liefste, dat is echt nihil. Doe het nou maar gewoon. Het betekent niets. Maar het betekent zó veel. Nee, dat is niet een commerciële hele euro die je uitgeeft aan een prutsding. Als je het geeft vanuit je hart, krijgt het vanzelf betekenis. Dat heeft niets met commercie te maken.
Toen ik nog twintig was, dacht ik immuun te zijn voor commercieel opgelegde romantiek. De enige persoon van wie ik ooit op Valentijn een roos mocht krijgen, was een Turkse groenteboer. En die had het ding dan weer van een carrièrestumper van de PvdA . Uiteraard.
“Wat mot ik er mee,” zal de groenteboer gedacht hebben. Met dezelfde handbeweging als waarmee hij hem ontving, had hij hem aan mij gedoneerd. Wat lief. Een tweedehands afdankertje. Ook al betekent het niets. Het betekent toch echt iets.
Sowieso kan ik niet met goed fatsoen met een roos rondlopen op Valentijnsdag. Dan zijn oudere dames spontaan heel gelukkig voor mij, terwijl er dus niets romantisch aan is. En daarna wordt het ook nooit meer romantisch, want het aantal volgende rozen dat je nu krijgt, is helemaal nihil. Je hebt immers al een roos. En wat erger is: dadelijk denken de mensen dat je van de PvdA bent. Zo blijf je dus de rest van je leven alleen. Een roos kun je helaas ook niet onopvallend in je jas steken. Er zitten allemaal stekels aan.
En wat ook lastig is: Ik durf al jaren niet meer bij die Turkse groenteboer naar binnen te stappen. Dadelijk bedoelde hij er toch echt wat mee. Sta je voor de rest van je leven achter een raam. Tussen de tomaten! Ik ben inmiddels ook vergeten hoe hij eruit zag; dat is al helemáál gevaarlijk. Conclusie: Als je zeker wilt weten dat je een vrouw nooit meer ziet, dan moet je haar een PvdA-roos geven met Valentijn. Ze komt niet eens meer bij je in de buurt!
Dus wat betekent ‘niks te betekenen’? Een roos is gevaarlijk terrein. Mijn ex had het beter bekeken. Die gaf een pluchen hart. Dat kon mij ook niet bekoren. Alleen al omdat het met hetzelfde wegwerpgebaar werd gegeven als waarmee je ook een theedoek en een afwasborstel in je hand krijgt gedrukt. Mwèh. Een doos bonbons had ik nog op kunnen eten. Wat moet ik hier nou mee. Syntax error. Bliep.
Helaas. Het was een paard van Troje, dat hart. Echt onverschillig blijven ten opzichte van een pluchen hart, dat gáát niet. Je kunt een pluchen hart niet op je kamer laten liggen, jaren nadat het uit is, en dan tegen iedereen verkondigen dat het enkel een hart is dat écht niets te betekenen heeft. Dat kan wel écht zo zijn – en dat was ook zo! – maar niemand neemt dat ooit van me aan. Ik had het ding dan ook in een doos, zodat ik het niet steeds hoefde te zien. Al leg je het naast de toiletrollen met een briefje erop: “Neem dit maar als het wc-papier op is”. De geloofwaardigheid van een rood pluchen hart is nu eenmaal groter dan elk symbool van onverschilligheid
De betekenis van de valse romantiek blijft er eeuwig aan kleven. Dat hart moest dus weg. Maar rancuneus wegsmijten, dát kon ook weer niet. Ik moest en zou er onverschillig over zijn. Als je het ritueel gaat verbranden, boven op de as gaat stampen om die vervolgens te verdelen en te composteren onder een laag rotte eieren, ben je er niet onverschillig over.
Ik heb het hart uiteindelijk met een hele doos vol andere oude rommel weggegooid, een foto van gemaakt als bewijs, op Twitter gezet en daarna zelf ook de foto gewist: om het er nooit meer over te hebben.
Mispoes. Nu ik heb het er tóch weer over. Maar dat heeft niets te betekenen.

bron: eigen tekening (ZP)