Vol enthousiasme springen twee kleintjes om hem heen. Het inpakken schiet zo echt voor geen meter op. Het maakt niet uit. De caravan hangt toch al achter de auto. Zij heeft gisteren de belangrijkste spullen en kleren al ingepakt. Hij hoeft alleen nog maar de laatste dingen te doen en ze kunnen gaan.
Ondertussen is overduidelijk dat het niet het beste idee is om de kinderen zelf het speelgoed te laten inpakken. De vloer van de woonkamer ligt bezaaid met van alles. Zelfs dat waar ze al lang niet meer mee spelen wordt uit de kasten getrokken. Daar had zij al voor gewaarschuwd, natuurlijk.
Hij hoort haar auto de oprit op rijden. De vakantie kan beginnen! Vurig hoopt hij dat ze nu iets meer zin heeft om weg te gaan. Het was ook niet een hele strakke zet om zonder haar medeweten een caravan te kopen en een vakantie te boeken. Hij had echt gedacht dat ze wel bij zou draaien als ze eenmaal zou zien hoeveel luxe het huis op wielen bood. Voor hem is het een herinnering aan zijn jeugd.
Een herinnering die hem vervult met een gevoel van geborgenheid. ’s Ochtends wakker worden in zijn eigen tentje. Met blote voeten door het natte gras stampen om vers afgebakken broodjes te halen en onderweg iedereen vrolijk te groeten die zijn pad kruist. Bij terugkomst is zijn moeder de tafel aan het dekken en ziet hij nog net hoe zijn vader een kus op haar mond drukt. Wat een luide “IEEEEUWWWW” van zijn zusjes veroorzaakt, die aan hun vaders broekspijp hangen om ook een kus of knuffel te krijgen.
Dát wil hij met zijn gezin. Die herinnering. Het gevoel van ongedwongenheid. Dat het komt zoals het komt. Hoe dat maakt niet uit; samen is het altijd goed.
Met frisse moed verwelkomt hij zijn vrouw met een kus. Vol op haar mond. Haar ogen sperren zich verschrikt open, hij doet een stap naar achteren en glimlacht naar haar. “Zo lieverd, ben je er klaar voor?” vraagt hij en geeft haar een tik op haar billen. Ze is mooi. Dat is ze altijd al geweest. De hele wereld en alle mannen draaien om haar. En zij koos hem.
“Zin?!? Ik ben blij dat ik vakantie heb, ja. Ik ben er ook echt aan toe. Maar ik heb er nog steeds moeite mee dat we naar een camping gaan met dat ding,” roept ze, naar de oprit wijzend.
“Ik snap echt niet hoe je kan denken dat het relaxed is om het op vakantie slechter te hebben dan thuis?!”
Ze zwijgt en kijkt hem boos aan.
“Luister knapperd!” verbreekt hij de stilte “We gaan naar wat ze de bakoven van Frankrijk noemen. Het enige dat we nodig hebben is een bed en een koelkast. En ik kan je vertellen dat er in die koelkast voor jou een heerlijke fles Cava staat en voor mij een biertje. Bij aankomst sturen we de kinderen op verkenningstocht en dan trekken jij en ik samen een flesje open. ”
Zij kijkt hem aan niet begrijpend aan. “Dan gaan we daar voor een armoedige caravan zitten zweten met een drankje in stilte? Het is maar wat je leuk vindt…”
Hij zucht. Zijn goede zin is weg. “Wat wil je dan, lieverd? Zal ik het annuleren en kijken of ik iets anders kan boeken? “
“En daar kom je nu mee,” steekt ze verbitterd van wal “Nu kun je ineens wél naar mij luisteren. Alsof er nu nog iets te regelen is? Eerst de kinderen helemaal gek maken. Vertellen hoe geweldig een camping is. En dan nu afzeggen?” Ze draait zich van hem weg. “Ik weet hoe dat gaat met jou. Dan ga je ze teleurstellen en heb ík het weer gedaan. Nou nee, laten we dát nu maar niet doen. We doen wel wéér wat jij wilt!” Ze stormt naar boven.
Aan zijn broekspijp hangt zijn dochtertje. Hij kijkt haar recht in haar prachtige groene ogen. Ze klampt zich aan hem vast: “Kusje, papa?”