Afgelopen vrijdag ging ik de stad in. Dat is opzienbarend, want dat gebeurt niet zo vaak. Heel zelden zelfs, eigenlijk. Ik woon weliswaar redelijk in het centrum, maar ik ben geen binnenstadboemelaar. Maar nu had ik een reden om erheen te gaan: ik moest mijn prijs ophalen voor een wedstrijd waaraan ik had meegedaan. Ja, ik ben gek op tuinieren, inderdaad. En nu had ik de prijs voor de op zes na mooiste en meest bijenvriendelijke stadstuin van Linz (Oostenrijk). Ik had daadwerkelijk iets gewonnen! Maar wat, dat wist ik niet.
Eindelijk: makkelijk met ’t OV

bron: eigen foto (LB)
In het regioblaadje had ik een berichtje gespot over een nieuwe app voor het Linzer stads-OV: FAIRTIQ, een oorspronkelijjk Zwitserse app. Ik neem aan een combinatie van de woorden fair, ticket en ‘fertig’ (‘klaar’ in het Duits). De ‘zeer gemakkelijke en gebruiksvriendelijke’ app moet OV-schuwe mensen over de streep trekken om vaker de tram of bus te pakken.

bron: screenshot van FAIRTIQ-app (LB)
Nooit meer bij een automaat staan te hannesen voor een kaartje, niet ergens een kilometer voor het perron al moeten inchecken, geen online ticket meer bestellen en uitprinten.
Je registreert je eenmalig, koppelt een betaalmiddel aan de app (in mijn geval PayPal) en klaar is Klara. Vervolgens ga je naar het station waar je in wilt stappen, zet GPS aan, doet het schuifje in de app naar rechts. App aan. Uitstappen, schuifje weer naar links swipen, reis afgelopen. Het enkeltje tram naar de binnenstad wordt direct afgerekend en je krijgt een factuur per mail. Fertig a.k.a. Fairtiq.
Shoppen? Terrasdroppen!

bron: eigen foto (LB)
En ik moet zeggen: het werkt perrrfect. Superhandig voor toeristen en OV-haters (zoals ik). Waarom is het in Nederland dan zo’n enorm gedoe om met het OV te gaan? Ik snap nog steeds niks van die OV-chipkaart. Hoog tijd dat ze, in ieder geval in de grote steden, óók zulke handige apps installeren, al was het maar voor de toeristen.
Daar ben ik. In de binnenstad. Om er meteen weer achter te komen, waarom ik er zo goed als nooit kom: ik heb echt een pesthekel aan shoppen. De enige leuke winkels zijn die supergoedkope cadeau- en snuisterijenwinkels en daarvan hebben we er niet bepaald veel. Eén, om precies te zijn.

bron: eigen foto (LB)
Dus ik ben snel klaar. Maar het is mooi weer; tijd voor ’t terras! Ik nestel mij in een kuipstoel, bestel een café latte en doe wat ik het liefst doe: mensen kijken. Met een 1.0 notitieboekje en een sneaky snelcamera (mobiel) in de aanslag.
Alles raast langs

bron: eigen foto (LB)
Een cliché zakenman wandelt nonchalant langs. Blauw hemd, stropdas, zonnebril, sigaret in de mond, oortjes in, iPhone in de ene hand, aktetas in de andere. Hij praat luidkeels in het niets, overduidelijk met een andere cliché zakenman. Van de andere kant nadert een extreem dunne vrouw. Anorexia? Moet haast wel. Het jongetje, dat aan de hand van zijn moeder achter haar loopt, kijkt vragend omhoog en wijst naar haar. “NIET met je vingers wijzen!” brulfluistert zijn moeder, terwijl ze hem aan zijn armpje rukt. Even kijkt hij bedremmeld. Dan vraagt hij: “Waarmee moet ik dán wijzen, mama?”

bron: eigen foto (LB)
Alles raast langs. Serveersters die de dienst afwisselen, zoevende trams, zigzaggende bezorgscooters, slome fietstoeristen, elektrische stepjes, zelfs segways. En snelwandelende mensen. “Kun je me wel bijhouden, Philip?” Philips moeder rent bijna. Het jochie, ik schat hem een jaar of vijf, dribbelt op een meter afstand erachteraan. “Jaa jaa maa maa!” brult hij opgewekt, zijn petje met één hand vasthoudend. Mooi jochie.

bron: eigen foto (LB)
Shiny, happy people
Twee jonge meiden lopen hand in hand langs, elkaar bij tijd en wijle verliefd en blij aankijkend. Ik betrap me op de gedachte dat ik dat bij hetero-stellen ook wel wat meer zou willen zien. Die lopen vaak sjaggie en telefoonstarend naast elkaar, met een air van ‘nou ja, als ’t mot, dan mot ’t maar’. Ik zie ijs etende mensen. Sjokkende mensen. Heftig telefonerende en gebarende mensen. Glimlachende mensen.

bron: eigen foto (LB)
Dikke en dunne mensen. Oude, schuifelende mensen. Rokende mensen. Elkaar ondanks onbekendheid tóch groetende mensen. Möchtegern-models, maatpakken en extreem onmodieuze mensen. Stilstaande, kletsende mensen. Maar over het algemeen ogen ze stuk voor stuk gelukkig. Alsof de wereld gewoon nog in orde is. En hier, op het terras, is ie dat zeker.
Linz is leuk

bron: eigen foto (LB)
Na mijn tweede latte is het tijd om naar mijn tuinprijsafspraak te gaan. Ik loop door de hoofdstraat, het marktplein en de Nibelungen-brug (over de Donau) naar het gemeentehuis en verkneukel me over het feit dat ik toch echt middenin een prachtige, moderne stad woon. Een vooruitstrevende stad met veel leven en duidelijk héél veel gewone, fijne, aardige mensen.

bron: eigen foto (LB)
Ook de ambtenaar die me de gewonnen tegoedbon, de oorkonde en een – mij onbekende – kamerplant overhandigt, is aardig. Ze is helemaal lyrisch over een foto van een rare, grote bij, die ik in mijn tuin gefotografeerd heb.

bron: eigen foto (LB)
Het blijkt de zeldzame ‘zwartblauwe houtbij’ te zijn.
“De aanwezigheid van die bij is een compliment voor uw stadstuin!” kakelt ze. “Ze komen wel steeds vaker voor, want het wordt nu eenmaal warmer en daar houden ze van, maar deze bij is nog steeds heel bijzonder. En die zit in UW tuin!” Ze is bijna euforisch. Ik ook. Ik ben blij. Met alles. Je kunt van Linz zeggen wat je wilt, maar Linz ís leuk. Zelfs met ingepakte kerk.

bron: eigen foto (LB)