Dinsdag hadden wij een ietwat kortstondig en lichtelijk in de soep gelopen bedrijfsuitje. In elk geval tot aan het aansluitende diner. We zijn maar met z’n viertjes, maar wegens ernstige IT-problemen bij een klant, moest baas 1 helaas die middag naar Zeist. Bummer number 1.
Waardoor wij met OV naar Hoorn moesten. Bummer number 2. Hoewel, dat ging best voorspoedig. En ondertussen konden we via de laptop de vorderingen van baas 1 nog een beetje volgen. Die kon zich dus niet tijdig aansluiten bij ons bezoek aan de duurzaamheidsboot van de Technische Unie. Dat was een ideetje van mij; groene nerd als ik ben en technische nerds als we allemaal zijn, leek me dat best geinig.
En dat was ’t ook wel, al hadden we er iets meer van verwacht. Er waren veel stands, maar de meeste daarvan waren niet zo interessant voor ons. Bummer number 3.
Wel uitstekende catering, maar wij hadden nog een etentje gepland, dus dat was ook niet zo aan ons besteed. De lollige escaperoom hebben we – net als iedereen – niet op kunnen lossen en de duurzame-oplossingen-kamer konden niet eens vinden. Bummer number 4 and 5.
We dwaalden verder matig geïnteresseerd rond. Na anderhalf uur hadden we het wel gezien en togen we naar het restaurant. Gelukkig kon baas 1 zich daar uiteindelijk wel bij ons vervoegen en hebben we genoeglijk gekletst, gedronken en heerlijk gegeten.
De reis naar huis was ook heel gezellig. Met zijn viertjes in de auto, Mo reed en ik zat naast hem, de bazen achterin. Na 4 wijntjes zat ik lekker op mijn praatstoel. Bij Centraal Station scheidden onze wegen. De bazen richting Centrum, Mo naar Noord en ik richting Zuid Oost.
Nu kom ik niet zo vaak op CS, dat trouwens prachtig en heerlijk ruim is geworden. Maar ik verdwaalde dus subiet. Bummer number 6! (Oké, nu stop ik ermee).
Uitgang Oost? Nee dat leek me niet goed, hop rechtsomkeert. Tijdens mijn dwaaltocht werd ik ergens getrakteerd op een wolk luchtverfrisser/parfum waar ik zowat van over mijn nek ging. Gatverdamme, waar is de juiste uitgang?! Ah een bordje M voor Metro, daar moest ik wezen.
Godsamme, waarom zijn die roltrappen altijd zo ontzettend lang! Vanwege mijn hoogtevrees is het dan zaak mijn blik strak op de trede recht onder me te houden, anders flikker ik geheid naar beneden. En wat stinkt het toch altijd, waar komt die rioollucht vandaan? Nou ja, het verklaart wel die “luchtverfrisser”.
Helaas, ik had weer niet verder gekeken dan mijn wijnneus lang was, want ik kwam uit bij de Noord/Zuidlijn (voor de toerist overigens wel een aanrader, ook al zo mooi geworden!). Daar heb ik helemaal geen reet aan. Tenzij ik een omweg via de Zuidas wilde maken en dat leek me toch al te gortig. Hop, weer naar boven en een nieuwe dwaaltocht door het station. Nu was ik inmiddels wel wat alerter en een paar minuten laten stond ik op het Stationsplein. Hè hè, bekend terrein.
Weliswaar was de dichtstbijzijnde metro-ingang volledig afgesloten (natuurlijk…), maar de volgende wist ik tenminste zonder wegwijzers te vinden. Ook de metrostations zijn gigantische hubs waar je je als toerist zonder hulp ongetwijfeld al snel verloren voelt, maar voor mij gesneden koek.
Wel balen dat het nog bijna 10 minuten duurde voor mijn metro ging. In een opwelling stapte ik toch op de eerstvolgende, hoewel dat een overstap betekent op een winderig Van der Madeweg. Maar daar kon ik dan tenminste eindelijk een sigaret roken. Daar was ik zó aan toe.