In deze blog klink ik als een snob, ik besef dat. Maar ik schrijf over mijn nieuwe leven en waar ik tegenaan loop. Nou, ik loop tegen de muren omhoog hoor.
In mijn vorige leven moest ik niets. Ik mocht alles. Dat ik niets moest, maakte dat ik heel veel vrije tijd had. Ik was ook zorgeloos wat betreft koken, schoonmaken en geldzaken. Alles werd geregeld en het ging totaal langs mij heen. Dat is nu wel anders. Ineens moet ik het allemaal zelf doen.

bron: pixabay.com – credits: geralt
Het is overigens niet zo dat ik het niet kan. Ik kan heus wel koken, poetsen lukt mij best en ik snap heel goed dat ik minder moet uitgeven dan er binnen komt. Maar ik moet wel erg wennen aan de tijd die alles kost. Daar heb ik de afgelopen jaren nooit bij stil gestaan.
Neem bijvoorbeeld een willekeurige doordeweekse dag. Ik moet zorgen dat onze zoon op tijd wakker is, dat hij wat eet en dat hij op tijd klaar is om naar school te gaan. Daarna moet ik zelf naar mijn werk en ik vergeet nogal eens dat ik zelf ook brood mee moet nemen.
Lunch maken zit nog niet in mijn systeem. Het was nooit nodig. Alleen kost een broodje in de bedrijfskantine meer dan ik mij op het moment kan veroorloven. De prijs is hoog als ik in de ochtend geen boterham met kaas in mijn lunchbox heb gedaan.
Na het werk wil ik met onze zoon thee met koekjes doen. Zo’n heerlijk oubollige traditie die ik in ere wil houden. Maar dat mag dan niet te lang duren; ik moet hem aan zijn huiswerk zien te krijgen en ik moet het avondeten klaarmaken. En na het eten moet ik afwassen. En als ik dan rond half 7 op de bank plof, zie ik het stof opdwarrelen en de kruimels er vanaf schieten.
Eigenlijk moet ik dus nog zuigen. En dweilen. En opruimen. En de badkamer schoonmaken. Want dat is ook elke keer weer meer dan een week geleden. Maar ik ben moe. Zo moe. En elke dag is minstens een dag te kort.
Wat ik dus écht moeilijk vind? Time management.