Dochter moet weer vroeg werken en heeft daarna een krap programma. Niet wetend dat ik weer een slapeloze nacht zal hebben en pas tegen de ochtend in slaap zal vallen, bied ik de dag van tevoren aan haar weg te brengen en op te halen. En dus gaat om half 6 de wekker op zaterdag,
Vergeten
Normaal gesproken ben ik rond die tijd wel wakker, maar nu heb ik moeite mijn bed uit te komen. Ik blijf nog even liggen en sleep me vervolgens mijn bed uit, op zoek naar koffie. Ik trek snel wat aan, zelfs de puber wordt nu ongeduldig en die is normaal gesproken zelf ook niet zo van de strakke planningen. Ik pak mijn tas en autosleutels en we gaan. Het is stil op straat en de stoplichten knipperen nog. We rijden vlot naar de plaats van bestemming en precies op tijd zet ik haar af.
Als ik terug rijd, zie ik dat mijn telefoon niet verbindt met het audiosysteem van de auto. Een vlaag van onrust schiet door me heen. Ik heb mijn telefoon niet bij me! Wat nou als ik nu een lekke band krijg? Of een ongeluk? Wat als dochter iets is vergeten en me nodig heeft? Tegelijkertijd realiseer ik me hoe absurd die gedachten zijn. Lang geleden, toen ik net mijn rijbewijs had, hadden we nog helemaal geen mobiele telefoon en reed ik stad en land af zonder. Natuurlijk had je toen wel telefooncellen (en kende je telefoonnummers nog uit je hoofd) en waren er nog ANWB palen. Maar toch, dit gevoel voor dat kleine stukje van huis?
Haastige spoed…
Ik denk terug aan de keer dat ik nog in een studentenhuis woonde en een vriend was blijven slapen. Die bewuste ochtend worden we wakker gebeld (op de vaste lijn) door zijn moeder. Of hij bij mij is, want hij moet bijna naar het vliegveld! Shit. Gehaast springen we in de auto en zo snel als mijn oude Citroën wil rijden, racen we van de stad waar ik woon, naar de stad waar zijn ouders buiten ongeduldig op hem staan te wachten. Ik zie dat ik bijna door mijn benzine heen ben, maar besluit toch om pas te tanken nadat ik hem heb afgezet. Onder gemopper en excuses stapt hij in bij pa en ma en rijd ik naar het dichtstbijzijnde benzinestation. Daar kom ik erachter dat ik geen geld bij me heb. En ook geen pinpas. Zelfs geen kleingeld om in een telefooncel hulptroepen in te roepen.
Ik besluit – op hoop van zegen – om op de laatste benzinegassen terug te rijden naar huis. Halverwege een N-weg tussen de twee steden geeft de auto het op. Met horten en stoten lukt nog een afrit op te rijden. Niet de meest slimme actie, want de kans dat iemand mij daar ziet en hulp biedt, is veel kleiner dan langs de doorgaande weg.
Redders in nood
Ik stap uit en loop door. Ik zie verderop een paar vrijstaande huizen en loop ernaartoe. Het is een warme zomerdag en enigszins verhit bel ik aan bij het eerste huis. Niemand reageert. Ik loop naar huis twee. Daar wordt open gedaan, maar nadat ik mijn verhaal heb gedaan en netjes vraag of ik mag bellen, wordt de deur dicht gesmeten.
Omdat er verder geen huizen in de omgeving zijn loop ik terug naar mijn auto. Vlak nadat ik daar aankom, stopt er een motoragent. Ik doe mijn verhaal en hij roept de wegenwacht voor me op. Hij wacht daar, in de inmiddels zinderende hitte, in zijn warme motorpak, tot de wegenwacht er is.
Volgende struikelblok. De meneer van de wegenwacht kan wel benzine voor me halen, maar dat moet betaald worden. En ik heb geen geld. Had ik dat wel gehad, dan had ik daar niet gestaan. De man besluit op eigen kosten benzine voor me te halen. Op een briefje schrijft hij zijn naam en rekeningnummer om het later terug te storten. Met weer voldoende benzine in mijn tank om thuis te komen, neem ik afscheid van beide redders.
(On)bereikbaar
Inmiddels ben ik ook nu zonder mobiel veilig thuisgekomen. Geen autopech, geen ongeluk, geen gemis van de vergeten telefoon. Terwijl ik mijn auto parkeer, vraag ik me af of we er met al die bereikbaarheid van tegenwoordig en de afhankelijkheid van technologie nou echt op vooruit zijn gegaan. Af en toe onbereikbaar zijn is misschien wel beter. Terwijl ik naar binnen loop, app ik puber: “Hoe laat moest ik je nou ook alweer ophalen? En eet je wel of niet mee vanavond?” Een uur later is er nog geen antwoord. Ik mopper. “Waarom zijn die kinderen nooit bereikbaar als je ze nodig hebt?”

bron: pixabay.com 3594206 (credits: user ‘Alexas_Fotos‘)