“Je bent de allerliefste, mooiste en meest bijzondere vrouw die ik ooit heb gekend. In mijn hele leven heb ik nooit eerder…”
“Ho, stop maar,” interrumpeer ik hem abrupt. “Ga maar meteen verder bij ‘maar’…”
Inmiddels weet ik dat dergelijke woorden slechts de introductie vormen voor de beëindiging van je relatie.
“Jij bent fantastisch schat, echt waar, maar onze relatie zelf is ronduit kut,” vervolgt hij.
Ik herinner me meteen dat hij dezelfde woorden ooit eerder tegen me heeft gezegd. Alleen voegde hij er destijds een andere ‘maar’ aan toe: “Maar de liefde zit diep. Dus maak je geen zorgen.”
“Conclusie?” informeer ik nu zakelijk, met een brok in mijn keel.
“We zijn te weinig samen.”
“Dat is waar,” moet ik eerlijk toegeven. Maar de schaarse momenten samen waren wél altijd bijzonder. Bovendien ging jij voor kwaliteit en niet voor kwantiteit. Dat waren nota bene je eigen woorden. En je weet ook van te voren dat ik een alleenstaande, fulltime zorgende moeder ben. En dat ik geen vervangende vader zocht, maar dat ik juist op zoek was naar een lief, bij wie ik af en toe mezelf weer even terug kon vinden.”
“Af en toe…” herhaalt hij peinzend.
“Jij vond dat in het begin allemaal prima,” verwijt ik hem. “Je zei zelfs, dat je een man was die niet gemakkelijk zijn benen onder een andere tafel schuift. Of ben je dat soms helemaal vergeten?”
“Ja, dat weet ik wel, schat. Maar zelfs dit gesprek voeren we door de telefoon… snap je wat ik bedoel?”
Er valt even een stilte.
“Ik heb me best vaak eenzaam gevoeld, de laatste jaren aan jouw keukentafel,” gooit hij er zomaar uit.
Oei, zomaar ineens verandert ons gesprek in een ongemakkelijk keukentafelgesprek.
“Eenzaam? Meen je dat? Nou ja, dat wist ik dus niet.”
“Nee, jij had je handen vol aan je gezin. Dat is beslist geen verwijt, trouwens. Natuurlijk begrijp ik dat kinderen altijd op de eerste plaats komen. Zo hoort het ook.”
Weer valt er een stilte, nu nog ongemakkelijker.
“Eenzaam aan de keukentafel,” herhaal ik zachtjes. “Misschien hadden we het achteraf bekeken misschien wel wat vaker op die keukentafel moeten doen in plaats van in bed,” probeer ik er nog een wrang grapje achteraan te plakken.
Maar dan voel ik ineens boosheid opkomen.
“Fuck die keukentafel! Ga lekker ergens anders op zoek naar wat meer beenruimte! Ik adviseer je om deze keer op zoek te gaan naar een leuke, uitnodigende uitschuiftafel!”
Ik hang op.
Maar al snel slaat de twijfel toe. Misschien was het gewoon nog te vroeg om in een relatie te stappen. Of misschien hadden we beiden wat meer geduld moeten hebben en moeten wachten op het moment waarop ik meer tijd voor een relatie zal hebben.
Verdrietig luister ik naar een song van Bread, die toevallig net voorbij komt op de playlist die mijn lief ooit voor me samenstelde. If…
“If a man could be at two places at one time, I’d be with you, tomorrow and today, beside you all the way…“ “There’s no one home but you…”
De woorden van mijn lief. Maar mijn kinderen denken daar natuurlijk precies hetzelfde over. Ook hun thuis is mama. Mama als spil van een bijzonder druk gezinsleven. Een gezinsleven, dat vaak onze romantische momenten moeiteloos onder de keukentafel veegde.

bron: pixabay.com 1540697
Lang tijd om erover na te denken, heb ik niet. De kinderen hebben honger dus er moeten boodschappen worden gehaald. Er moet worden gekookt, de hond moet uitgelaten en de vogelkooi eigenlijk ook nog schoongemaakt worden. Maar wanneer ik in het voorbijgaan alvast een blik in de kooi werp, blijkt dat laatste klusje niet meer nodig te zijn. Ik zie dat onze geliefde parkiet, die zo grappig kon praten, bewegingsloos op de grond in het zand ligt.
Terwijl ik langzaam naar boven loop en ondertussen de juiste woorden probeer te vinden om het slechte nieuws over de dode vogel aan mijn kinderen te brengen, onderbreken flarden van het liedje telkens mijn gedachten.
“I’d spend the end with you…”
“Wie weet, ooit, wanneer ik in de toekomst meer tijd voor mezelf zal hebben, kunnen we misschien toch nog samen oud worden,” twijfel ik vol optimisme hardop.
“Than you and I would simply fly…” fladdert er zomaar spontaan uit de speaker.
Maar na de verkondiging van het slechte nieuws over de vogel, vraagt het verdriet van mijn kinderen al snel weer veel meer aandacht dan het mijne.
“…away.”