De meningen over de nieuwe song en video van Stromae (die Brusselse zanger Paul van Haver, bekend van onder andere Papaoutai) zijn – in ieder geval op social media – zo goed als unaniem: het is een zwaar ontroerend, meesterlijk kunststukje. Waarom? Geen idee. Ik vind het wel een heel mooi liedje, maar een tranentrekkend meesterwerk? Nee, niet echt. Niet dat mijn mening er ook maar iets toe doet.
Iemand op Facebook zei over deze video: “Wat een kunststukje. En wat mooi, die Nederlandse ondertitels. Ik hoop zo dat dit viraal gaat, onder de jongeren. Dat ze daardoor snappen dat ze niet alleen, niet de enigen zijn. En dat er altijd een uitweg is, een oplossing, licht aan het einde van die spreekwoordelijke (en letterlijke) tunnel.“
Het eerste wat ik dacht toen ik dat las: niet alleen jongeren… Ik behoor inmiddels tot de oudere generatie, met een halve eeuw op de teller. Een ook die generatie heeft last van dat verloren gevoel.
Het tweede wat ik dacht: dat laatste, dat van die uitweg, las ik niet echt in de video. Ook niet in de tekst. Ik maakte er eigenlijk meer uit op dat juist suïcide die ene laatste uitweg is, om maar van alle lastige gedachten af te zijn.
Maar blijkbaar raakt Stromae met deze song wel degelijk vele harten. Zeker na zijn perfecte marketingstunt: op het Franse journaal (TF1) begon hij – voor het publiek ietwat onverwacht – zijn nieuwe song te zingen, als antwoord op een vraag die de presentatrice stelde. Ja, dat is perfecte marketing. Een kunststukje.
Stromae’s ogen vond ik in deze video ronduit fascinerend; die spraken boekdelen. Alsof hij ieder woord dat hij zingt, tot op het bot voelt. Misschien is dat ook wel zo. Indien niet, brengt hij het goed.
En ja, heel begrijpelijk dat een song als deze erin hakt in een tijd die gekenmerkt wordt door eenzaamheid, een tijd van moede- en reddeloosheid. Mensen voelen zich door alle ontwikkelingen van de afgelopen twee jaar steeds meer verloren, onzeker en alleen. En dan komt zoiets, zo’n video, begrijpelijkerwijs binnen. Zeker met teksten als (even heel vrij vertaald):

bron: wikimedia.commons – author: Universal Music (CC Attrib.3.0 unported)
“Ik ben niet de enige die zo verschrikkelijk alleen is. Nee, daarin ben ik in ieder geval niet alleen; dat is al één ding minder in mijn hoofd. We zijn met zovelen… “
en
“Alles waaraan ik al gedacht heb, daaraan hebben ook al zovele anderen gedacht. En tóch voel ik me opeens moederziel alleen. Soms dacht ik aan zelfmoord. Daar ben ik niet trots op. Maar soms denken we dat we ze alleen zo tot zwijgen kunnen brengen, die gedachten die onze levens tot een hel maken.”
Ja, inderdaad, dat is zeker herkenbaar, zeker voor jongeren. Aan het eind lijkt ook het alsof hij ineens tegen iemand anders praat:
“Weet je, ik heb er lang en diep over nagedacht. En ik weet echt niet wat ik met jou aan moet. Ik heb veel gereflecteerd. En dat is nu juist het probleem met jou.”
Maar, zoals ik het begrijp, heeft hij het hier tegen zichzelf. Hij levert een schijngevecht met de innerlijke leegte en met zijn leven. Hij strijdt met zijn eigen gedachten en multiple persoonlijkheden. En dat bijna letterlijk: in de video maakt hij vele abrupte, spastische bewegingen, die erop moeten lijken alsof hij iets van zich afslaat, tegen iets vecht dat er niet is.
In mijn optiek lijkt het er echter meer op dat hij enkel het liefst zijn eigen hoofd ter plekke zou willen verbrijzelen, om maar niet meer te hoeven denken en te reflecteren. Gelukkig doet hij dat niet, deze meester der marketing met zoetgevooisde stem. Want ja, l’enfer ís mooi. En zijn paardenstaart ook.