“Gaan jullie eindelijk emigreren?”
Nieuwsgierig kijk ik naar alle bagage, die in de bus van mijn ex is gestouwd. Zijn vriendin probeert nog ergens een tas tussen te proppen.
Jarenlang had mijn ex serieuze plannen om in Spanje te gaan wonen. Regelmatig probeerde hij me over te halen om samen met hem te emigreren. Maar ondanks het vooruitzicht op een zonniger klimaat en de goede baan, die hem was aangeboden, hield ik voet bij stuk. Ik bleef liever in Nederland wonen. Ook zijn huidige vriendin ziet niets in zijn verhuisplannen.
“Nou, emigreren kan je het niet echt noemen. Maar we hebben voor de zekerheid onze spullen alvast ingepakt. Mocht er hier ook oorlog uitbreken, dan vluchten we zo snel mogelijk en rijden we meteen door naar Spanje.”
“Je vlucht? In plaats van te vechten voor je vaderland?”
Verbaasd kijk ik mijn ex aan.
“Ja, natuurlijk. Ik heb uitgerekend, in het geval van nucleaire straling, waar de lucht het zuiverst blijft en dat is in Spanje.”
Zijn vriendin staat naast hem en knikt alvast hevig ‘si’.
Dat de uitkomst van zijn berekeningen wel heel toevallig zijn favoriete land aanwijzen als de meest veilige locatie, wekt bij haar geen enkele argwaan.
Eindelijk heeft mijn ex zijn vriendin ervan kunnen overtuigen dat het heel verstandig is om naar het buitenland te vertrekken. Ik denk even terug aan de tijd toen onze wegen zich voorgoed van elkaar scheidden. Mijn voorstel om zich destijds met zijn secretaresse zo ver mogelijk van mij vandaan in het buitenland te vestigen, had geen enkel resultaat.
En toen ik hem, als zijn bedrogen vrouw, aanspoorde om naar de hel te lopen, nam hij mijn aanmoedigingen ook niet bepaald serieus. Maar nu vertrekt hij om de hel te ontlopen.
“Verstandig hoor,” moedig ik hen aan.
Wanneer ik later op de dag mijn broer spreek, vertel ik hem lachend dat mijn ex er als een bange haas vandoor zal gaan. Niks geen plannen om heldhaftig en moedig als soldaat te strijden voor de vrijheid van ons vaderland, zoals hij vroeger luidkeels en vol bravoure riep. Hij gaat ervandoor na een berekening van luchtstromen.
“Wist je dat Nederlanders het laagst van alle Europese landen scoren als het gaat om bereidheid om oorlog te voeren voor je land? Dat las ik ergens,” vertel ik mijn broer en kijk hem hevig verontwaardigd aan. “Echt! Slechts 15 procent is bereid de wapens op te pakken om ons land te verdedigen!”
“Nou, eerlijk gezegd was ik ook van plan om dan maar te vluchten,” verklaart mijn broer met een benepen stemmetje.
“Oh echt? Maar wist je dat vluchten waarschijnlijk onmogelijk zal zijn? Wanneer het er echt op aan komt, sluiten ze de grenzen, hoor. Kijk maar naar Oekraïne. Mannen moeten gewoon blijven om het land te verdedigen, alleen vrouwen en kinderen mogen het land uit.”
“Dus ik kán helemaal niet weg?”
“Alleen vrouwen en kinderen… vermoed ik zo. Maar maak je geen zorgen. In geval van nood neem ik jouw vrouw en kinderen mee naar een veilige plek in het buitenland, hoor,” beloof ik.
“Maar dan zit ik hier vast? Hoe kom ik het land uit? Ik wil zelf mijn vrouw en kinderen beschermen.”
“Niet, vrees ik. Tenzij…”
“Ja?”
“Tenzij je je nu alvast laat registreren als vrouw,” bedenk ik ineens. “Tegenwoordig hoef je geen gender-change operatie meer te ondergaan om je als vrouw te laten registreren. Wanneer je je een vrouw voelt, ben je vrouw en mag je je officieel laten registreren als vrouw. Een moderne manier om te deserteren.”
“Hmm,…. “ weifelt mijn broer. “Als vader moet ik dan wel heel veel opgeven om te kunnen vertrekken uit mijn vaderland.”

bron: pixabay.com 6965153