Het antwoord op de titel is natuurlijk een dikke ‘NEE!’. Maar soms verlang ik wel terug naar de rust. Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik dreig dus echt een beetje overprikkeld en overspannen te raken van alles wat ik zo snel mogelijk in wil halen. Ik verzuip in de afspraken.
Echt leuk hoor, allemaal. Etentjes, thee met vriendinnen, bijkletssessies, festivalletje hier, rommelmarktje daar en oh ja, we gaan ook nog trouwen over 7 weken. En tegelijkertijd ontploft het werk. Want ook daar lijkt iedereen er weer zin in te hebben. Waar plannen lange tijd stof hebben liggen vergaren, liggen ze nu weer voor het grijpen en te wachten op uitvoering. En dat moet, alsjeblieft dankjewel, wél allemaal af voor het zomerreces. (Werken in de politiek is altijd fun, want rond de zomer en met kerst vergaat namelijk de wereld).
Ik verlang soms een heel klein ietsiepietsiebeetje terug naar de beginperiode van Corona. Toen hadden we namelijk nog geen benul van de ramp die ging komen en die ons twee jaar opgesloten zou houden. In maart 2020 genoot ik van het feit dat ik zomaar ineens thuis mocht werken. En dat lunchpauzes dus buiten konden worden doorgebracht. Vanaf het begin van de lockdown was het mooi weer en dat bleef. En ik ervoer een ongekende ruimte in mijn leven en hoofd. Geen uitnodigingen voor feestjes en als die er wel waren was ‘nee’ zeggen geen bezwaar. We kregen allemaal de ruimte om voor onszelf te kiezen. Er stonden geen files en de natuur kwam tot leven. Ik had totaal geen last van die Fear Of Missing Out, want er viel niets te missen. Ik hoefde geen vakantiebestemming te kiezen, omdat Casa del Achtertuin gewoon vastlag. We konden niks, ik wilde niks. Wat. Een. Rust.
Het tweede jaar was natuurlijk takkevervelend. Dat ben ik echt niet vergeten. Het weer was k*t en de charme van niet naar kantoor hoeven was nu ook echt wel over. Nekklachten en rugellende zorgden ervoor dat ik mijn grote eetkamertafel wegdeed om zo een werkplek in de keuken te creëren. Eindelijk af van de claustrofobische blinde muur op mijn slaapkamer, of eten tussen mijn werkspullen. Ik mistte het rondneuzen in winkels. Hoe leuk ik mijn PostNL bezorger ook vond (en vind; serieus, méga crush), het online bestellen ging ook tegenstaan. En hoe erg mis je de horeca als je niet even lekker een terrasje kunt pakken of naar de wc kunt als je dat écht echt heel nodig moet.
Anyhow, ik ben dus echt niet vergeten hoe erg ik baalde van de zoveelste lockdown en echt spannend waren de persconferenties op het laatst ook niet meer.
Maar nu zijn we er kennelijk ineens vanaf? Hoeveel besmettingen zijn er eigenlijk dagelijks nog? Moet ik nog opletten, of kan ik prima weer bij iemand op schoot in de tram gaan zitten? Tijdens mijn eerste feestje sinds tijden heb ik echt wel even om me heen staan kijken naar die mensenmassa. Het kán gewoon allemaal weer. Of heb ik ergens toch een memo gemist?
En nu alles weer kan, wíl ik dus ook van alles. Moeten er weer plannen gemaakt worden. Moet het leven weer ten volle geleefd worden, met alle facetten die altijd zo normaal waren.
Maar hoe dan? Ik weet niet meer hoe ik het normaal allemaal deed.
Als ik nu op kantoor kom en er zit meer dan drie man, dan schiet ik al op slot van al die gesprekken die door elkaar worden gevoerd en wil ik het liefst meteen weer terug naar de rust van thuis. Als ik twee weekenden achter elkaar afspraken heb, of meer dan twee keer per week naar kantoor moet, dan schiet alles in protest. En bij elk goed bedoeld wanneer-zien-we-elkaar appje, kan ik een zenuwtrek maar nauwelijks onderdrukken. Want wanneer dan? Ik zit goddomme al ver in mei voor ik weer eens een keer tijd heb.
Ik kijk uit naar mijn huwelijk op 10 juni maar bijna nog meer naar de hele maand vrij waarvan twee weken op een Grieks eiland.
Ik. Wil. Rust.
Zonder enge ziektes.
Gewoon even terug naar de stilte.
Kan dat?

bron: pixabay.com 5148410