Doelloos liggen ze op mijn toetsenbord.
Mijn handen.
Ik schrijf enkel nog in mijn hoofd.
Op het scherm verschijnt niets. Of ja, nu toch:
Dat ene blote feit dat mijn handen doelloos op mijn toetsenbord liggen.
Doelloos staren ze naar de beelden op tv.
Mijn ogen.
Ik registreer het geblaat, gejammer en alle futiliteiten die ‘nieuws’ genoemd worden maar half.
Of nee, ik registreer ze wel. En vergeet ze ook meteen weer.
De echte gebeurtenissen worden toch niet getoond.
Doelloos en bloot staan ze op het vinyl.
Mijn voeten.
Ik weet niet in welke richting ik de volgende stap moet zetten.
Die van de koelkast of juist van de badkamer?
Eenmaal aangekomen weet ik toch al niet meer wat ik daar dacht te gaan halen.
Gedesoriënteerd schiet ik eraan voorbij.
Aan ieder ooit gesteld doel.
Op welke richting valt er nog te richten? Waar kán ik heen?
Wat wil ik nog doen? Voldoe ik nog?
Wat moet er gebeuren opdat ik mij weer ‘vol’ doelen voel?
Volwaardig? Zinvol? Voldoende?
Voldoelloos laat ik me langzaam overlopen.
Tot ik een emmer vol niets ben.
En als ook al dat niets gedaan is, resten me enkel nog loze doelen

bron: pixabay.com 3614381
(repost van Spiegellogisch (2), oktober 2019)