“Wat zullen we vanavond gaan doen?”
“Ach, het maakt mij niets uit. Kies jij maar iets…” zei ik tegen mijn lief. Het was oudejaarsdag en we hadden nog geen plannen voor de avond. We waren nog maar net een paar weken samen en smoorverliefd op elkaar. Dan maakt het helemaal niet uit waar je bent of wat je doet.
“Eigenlijk was het de bedoeling dat ik vanavond om precies 12 uur onder de Eiffeltoren zou staan…” peinsde ik.
“Hoezo dat? Wel een mooie plek voor een jaarwisseling, natuurlijk. Maar met wie had je dan afgesproken?”
“Met een paar goede vrienden. We spraken ooit af om tijdens de jaarwisseling 1999-2000 elkaar onder de Eiffeltoren weer te zullen zien en samen het begin van de nieuwe eeuw te vieren. Een soort van kleine reünie.”
“Grappig, zeg. Denk je dat ze er straks zullen staan?”
“Dat denk ik niet. Nee, ik weet eigenlijk wel zeker van niet.”
“Heb je ze sindsdien nog wel eens gezien?”
“Nee… We zijn elkaar al jaren geleden uit het oog verloren.
“Kom, pak je jas. We gaan. Het is nu 7 uur, als we flink doorrijden, kunnen we straks om middernacht in Parijs zijn. Je weet nooit van te voren of ze er zullen staan.”
We waren op tijd. Ze stonden er niet. Maar we waren verliefd, dus het gaf niets. We knalden de kurk van de meegebrachte fles champagne af en brachten een toast uit. Op elkaar en op het nieuwe jaar. De cijfers op de Eiffeltoren veranderden. 2000 gloeide aan de hemel.
We slenterden terug naar de parkeerplaats. Uit een auto stapte een jong gezin dat nog even naar de vuurwerkshow wilde kijken. De man droeg zijn dochtertje op de arm. Lachend pakte zijn vrouw het meisje van hem over en legde haar behoedzaam in een zachte deken op de motorkap van hun auto, zodat ze naar het vuurwerk kon kijken. De peuter keek met grote verbaasde ogen naar het spelletje van licht.
Uit de Eiffeltoren vielen duizenden sterren.
“Zal ik een ster voor je vangen?” stelde mijn lief voor. “Dan wens ik dat ik altijd bij jou zal blijven.”
We zeiden niets en keken tegelijkertijd naar het kindje op de nog warme motorkap. En wisten dat we hetzelfde wensten.
“Zullen we onze dochter later een mooie Franse voornaam geven?’ stelde mijn lief voor.
“Nicolette, Odette, Juliette of misschien Michelle…” mijmerde ik. “Maar je loopt nu wel erg hard van stapel, je weet nooit hoe het zal lopen in de toekomst. Maar weet je wat? Zullen we in ieder geval afspreken dat we elkaar hier over precies 20 jaar weer zullen ontmoeten?”
“Dan is ze al bijna volwassen,” lachte mijn lief.
Inmiddels is het 20 jaar later.
“Mam, wat gaan we eigenlijk met oud en nieuw doen?’
“Ach, het maakt mij niets uit. We kunnen gewoon gezellig thuis blijven? Of hebben jullie een beter idee?”
“Nee, eigenlijk niet.”
“Ooit heb ik iemand beloofd om tijdens deze jaarwisseling onder de Eiffeltoren met elkaar af te spreken,” flap ik er ineens uit.
“Jaaaah, Parijs! Wat een coole plek voor de jaarwisseling!” reageren mijn kinderen meteen dol enthousiast.
“Eigenlijk niet zo’n slecht idee,” twijfel ik. “Ach, weet je wat? Ik boek voor ons drietjes gewoon een hotel in Parijs op 31 december!”
“Yes! Eh… Oui, bien sûr!”
”Met welke ex heb je die vreemde afspraak eigenlijk gemaakt?” informeert mijn dochter ineens nieuwsgierig.
“Je kent hem goed,” verklap ik. “Die afspraak maakte ik ooit met je vader, maar ik denk alleen niet dat hij daar zal staan. Of nee, eigenlijk weet ik dat wel zeker.”
“Maar geloof me,” zeg ik tegen mijn dochter, die een mooie Franse voornaam heeft, “van alle nieuwjaarswensen, die in Parijs worden gemaakt, gaan sommige wél in vervulling.”