Vol goede voornemens kocht ik een tijdje geleden een kledingrek. In een vlaag van tijdelijke opruimwoede had ik namelijk besloten dat de half ingestorte stoffen kledingkast die op zolder stond eindelijk afgebroken moest worden. Geen mens die het zag, maar dat hoopje ellende was me een doorn in het oog.

bron: eigen foto (BK)
Toen ik dus een aanbieding zag in een reclameblaadje toog ik vol optimisme naar de winkel. Er stond er nog maar een, dus ik rekende snel af en nam mijn nieuwste aanschaf mee naar huis om hem daar in de hal te parkeren. So far so good, het enige wat ik nu moest doen was het rek in elkaar zetten.
Ik ben echter slecht in het afronden van bepaalde taken. Wekenlang heb ik de doos genegeerd en geleidelijk maakte de opruimwoede plaats voor berusting.
Eigenlijk hoopte ik stiekem dat E er op een gegeven moment niet meer tegen zou kunnen en het onding in elkaar zou zetten. Ik had er alleen geen rekening mee gehouden dat hij bizar veel op mij lijkt. Wij zijn beiden heel goed in het ontwijken van obstakels. Wat in het begin een enorme sta in de weg is, transformeert binnen een paar dagen in een nuttig object waar je ook een jas overheen kan hangen.
Het enige wat ervoor kon zorgen dat dit probleem werd opgelost was een logé of een bouwvakker. Het werd de bouwvakker. Er moest een klusje gedaan worden op de zolder, maar opeens herinnerde ik me die half ingezakte kast, met daartussen een berg carnavalskleding. Oh, the shame! Spijkers met koppen! Ik ging aan het werk en binnen no time had ik het rampgebied opgeruimd. Trots op mijn daadkracht ging ik naar beneden en liep linea recta naar het uitstelproject in de hal. “It giet oan”, mompelde ik.
In de woonkamer viste ik de een na de andere buis uit de verpakking. Al snel maakte een ongeduldig gevoel zich van me meester. Na de buizen volgden verbindingsstukjes, wieltjes en gereedschap. Uiteindelijk lag de tafel vol met onderdelen, die een mooi kledingrek moesten worden. In mijn ogen was dit een onmogelijke taak en ik stond op het punt de strijd op te geven.

bron: eigen foto (BK)
Ik sprak mezelf echter streng toe en haalde de handleiding tevoorschijn. En toen begon de ellende pas echt. Buis 1 moest aan verbindingsstukje 8 en buis 10, die kromme, moest aan die andere buis en die schroeven en die wieltjes… Ik kon er geen touw meer aan vastknopen. Na vijf minuten vloeken, lezen, weer vloeken en belachelijk veel zweten, gaf ik het op. Dit was te veel gevraagd. De chaos in mijn hoofd had zijn hoogtepunt bereikt.

Bron: pixabay.com
Het is wederom bewezen, zo’n bouwpakket met een belachelijke hoeveelheid onderdelen is niet aan mij besteed. Ik wil gewoon 4 buizen en twee wieltjes die ik zonder al te veel moeite in elkaar kan schroeven. Maar nee, ik koop iets met een handleiding waar je een universitaire opleiding voor nodig hebt. Of iets meer geduld.
Inmiddels staat de doos alweer een week redelijk in de weg. Deze keer in de woonkamer, tegen de piano. Toen E die dag thuiskwam, vertelde ik met veel gevoel voor drama wat me allemaal was overkomen en heb hem vriendelijk, doch dringend verzocht om het ding in elkaar te zetten. Hij wierp een korte, ongeïnteresseerde blik om de hoek en zei: “Ja, dat doe ik wel een keer”.
Ik vrees het ergste. Benieuwd hoe lang het duurt voordat er een gezellig waxinelichtje op staat.