De dag was goed begonnen. Ze was op tijd opgestaan en zat fris gewassen en opgemaakt aan een gedekte tafel toen de meiden uit bed gerold kwamen. Ze waren duidelijk verrast toen ze hun moeder zagen zitten. Op de tafel stonden vers afgebakken broodjes, er was jus d’orange en ook nog warme eitjes. Vrolijk namen ze plaats.
Toen haar dochters naar school waren, ruimde ze de kamer op. Ze waste de ramen, stofte de meubels af en zette alles weer waar het hoorde te staan. De lege flessen en de volle vuilniszak werden onder het afdakje in de tuin gezet. Tevreden keek ze de kamer rond. Ze nam zich voor om een mooie bos bloemen mee te nemen als ze toch boodschappen ging doen. Dan was het huis weer ‘thuis’.
Maar eerst moest ze nog iets anders doen. Ze schonk een grote mok vol met koffie en ging zitten. De telefoon lag op de bank naast haar. “Gewoon doen,” sprak ze zichzelf moed in. Haar handen trilden en de hete koffie klotste over de rand en over haar been. Een vloek ontsnapte uit haar mond. Eerst alle berichten lezen en afluisteren en dan schoonmaken.
Hij had talloze berichten ingesproken én gestuurd met de vraag om hem terug te bellen. Bij de meeste berichten klonk hij vrij neutraal, maar soms hoorde ze ook de ingehouden woede in zijn stem. In het laatste bericht, van de avond er voor, deed hij minder zijn best om de frustratie te verbergen.
“Morgenavond kom ik langs. Dan kunnen we het samen vertellen. Het wordt tijd, ze hebben het recht om te weten wat er aan de hand is. Daarna neem ik ze voor dit weekend mee naar mijn ouders. Denk maar niet dat je ze bij mij weg kunt houden! Het zijn ook mijn kinderen. Mocht je moeilijk gaan doen, dan kun je daar nog wel eens heel veel spijt van krijgen.”
Ze gooide de telefoon aan de kant. ‘Chips, snoep, pizza’ voegde ze toe aan het boodschappenlijstje. Voor ze de deur uit ging, wierp ze een blik in de spiegel. Ze zag er niet slecht uit. Ze rechtte haar rug, gooide de tas in fietsmandje en ging op weg. Veel tijd had ze niet. Ze zou op tijd bij school staan en met haar dochters een ijsje gaan eten, zoals beloofd.
“Mam, waar is papa?” vroeg de jongste nadat ze met haar ijsje op het bankje was gaan zitten.
“Papa is weg.”
“Wanneer komt hij terug?”
Ze zuchtte, haalde diep adem en besloot de waarheid te vertellen.
“Papa en mama gaan uit elkaar, we gaan scheiden.”
Er kwam geen reactie, ze hadden alle drie hun blik strak op haar gericht.
“Papa wil niet meer met z’n allen in één huis wonen. Hij gaat bij ons weg.”
Een traan rolde over haar wang. De oudste dochter wierp een boze blik naar de jongste.
“Jullie moeten weten dat ik dit niet wil. Het is niet mijn keus. Ik zal altijd voor jullie klaar staan. Dat beloof ik.”
“Wanneer zien we papa weer?” fluisterde haar andere dochter, terwijl ze haar blik afwendde van haar moeder.
“Papa komt jullie vanavond halen, dan gaan jullie dit weekend gezellig naar opa en oma toe. Ik hoop dat jullie het heel leuk hebben samen. Maar ik zal jullie ontzettend missen,” snikte ze, terwijl ze met een servetje haar wangen droog depte.
De oudste dochter sloeg haar armen om haar heen. “Ik ga niet met papa mee. Ik blijf bij jou mama.”
“Wij gaan ook niet,” vielen de andere twee hun zus bij.
Ze probeerde door haar tranen heen te lachen. “Weten jullie wel hoe ontzettend veel ik van jullie hou?!”
Wat hier aan vooraf ging:
De fut is eruit (12)
Gefeliciteerd. De kinderen zijn nu in een loyaliteitsprobleem geduwd. Met dank aan mama’s “volwassen” reactie op haar gekwetste ego. Er is aangetoond dat kinderen daar de meeste schade door oplopen bij een scheiding.
Het gebeurt ook duidelijk om de papa te pakken…
Kinderen als schaakstuk…
Inderdaad, zoiets gebeurt vaker bij scheidingen.