In mijn vorige blog had ik het al even over Mieke Kosters en haar ‘Skinny Minds’. Ze orakelt over de manier waarop slanke mensen denken. Of liever gezegd: NIET denken. Slanke mensen denken namelijk níét na bij iedere hap die ze in hun mond stoppen. Die eten wanneer ze honger hebben, of écht trek in iets specifieks, iets wat ze heel erg lekker vinden. Hun relatie met eten is gewoon goed, kabbelt lekker voort.
Ik denk bij iedere hap en iedere slok na. Mijn relatie met eten is vooral emotioneel.
‘Moet ik dit nu wel opeten? Ach, kan mij het schelen. Ik heb toch al een kutdag. Soit.’
‘Waarom kan ik niet gewoon ‘nee’ zeggen? Dat stuk taart afslaan? Ik ben zo’n enorme slappeling.’
‘Ik weet dat dit niet goed voor me is, maar er is zoveel niet goed voor me. Je moet toch érgens aan doodgaan?’
‘Als ik niet NU wat eet, word ik misselijk en ga ik van mijn stokje. Ik moet eten. Nu. Maakt niet uit wat.’
‘Hah, zaterdagavond. Wijn en chips, want nu mag het.’
Mijn eetrelatie hangt van uitvluchten aan elkaar:
“Die chocolade-eitjes, die zijn er alleen maar met de Pasen, een paar mag ik er best. Straks zijn ze toch niet meer te krijgen.” (Ook al zijn paaseitjes onderhand gewoon het hele jaar door te krijgen)
“Tjee, ik heb me kapót gewerkt vandaag. Eén glaasje wijn ter ontspanning, dat moet toch mogen?” (Wat dan dus nooit bij één glaasje blijft)
“Ik voel me kut vandaag. Heb totaal geen zin in koken. Laten we pizza bestellen.” (Terwijl iets lekkers in elkaar draaien in feite minder tijd kost dan een pizza bestellen)
“Ik heb al zó vaak en veel afgezien, ik ben het zat. Vanaf nu gun ik mezelf gewoon álles waar ik zin in heb. De pot op met dat slank-zijn.” (Leuk gedacht, maar ik wil – geheel voor mijzelf – toch echt nog wel steeds schaamteloos in een badpak kunnen lopen)
“Ik ben hartstikke gezond. De dokter zegt het. En ik kan toch nog alles? Dat ik wat meer isolatiemateriaal heb, nou en. Kan mij het schelen. Dik is óók mooi.” (Is het ook. Maar als een hijgend paard door het leven banjeren is minder mooi)
“Ik ben zo goed als in de overgang. Dan lukt afvallen sowieso niet meer. Dus waarom zou ik er nog weer aan beginnen?” (Fabeltje. Ja, het gaat minder makkelijk. Maar fitter worden kan iedereen, ook een vrouw van 65+)
Herkenning? Ja? Nou, die vond ik dus ook in de uitspraken van Mieke. De remedie die zij predikt even kort samengevat:
– Doe geen radicale dingen. Verander je leven niet in één klap. Dat houd je toch niet vol.
– Gun jezelf dat wat je écht lekker vindt en laat de rest staan.
– Leer ‘Nee’ te zeggen, en sta ook echt achter je ‘Nee’ als je iets afslaat.
– Eet alléén wanneer je honger hebt, of heel erg snakt naar iets (en ja, ook een stroopwafel, een stuk chocola of een blokje kaas kan daaronder vallen), maar eet niet uit gewoonte, verveling, moeheid, frustratie of emotie.
– Breng enkel kleine veranderingen aan in je leven. Iedere verandering moet geleidelijk vanzelfsprekend worden. Pas daarna verander je weer wat. Zo hoef je er na een tijdje niet meer over na te denken en wordt je nieuwe stijl je ‘eigen’.
En vooral: maak je keuzes bewust: wel een stukje chocola, dan geen ijsje meer. Wel een glaasje wijn, dan geen toastje met Franse kaas. Vandaag wel lekker uit eten, dan de rest van de week even niet (als het kan), etc. En geniet dan ook van dat wat je eet. Voel je niet schuldig over dat wat je in je mond stopt, want je hebt er immers bewust voor gekozen. Het gaat allemaal om gedragsverandering. Wat Mieke (ze is psychologe…) propageert, is eigenlijk pure cognitieve gedragstherapie. Eerste stapjes naar een nieuwe levensstijl.
Wel, ik heb mijn ‘eerste stapjes’ vastgelegd.
1) Ik begin met toch best wel een grote stap: minder alcohol.
Enkel nog in het weekend mag ik een glaasje. Ik ben namelijk gek op wijn. Bier lust ik niet en de rest (sterkers) hoef ik sowieso niet zo. Maar voor mij staat een glas wijn (liefst rode Zweigelt of Montepulciano, maar een Sauvignon Blanc mag ook) gelijk aan ontspanning en gezelligheid. En daar snak ik naar, op zijn tijd. Maar niet meer zowat elke avond om rond tienen. Overigens: deze stap lukt al aardig. Is ook niet echt moeilijk. Gelukkig maar.
2) Niet kopen wat je niet moet kopen.
Ik koop geen dingen meer waarvan ik wéét dat ik ze niet moet kopen omdat ik ze dan toch in één keer opeet. Gewoon niet meer in huis halen is de beste remedie. Ook geen al te moeilijke stap.
Maar dan de moeilijkere, iets grotere stappen:
3) Langzaamaan minder (!) koolhydraten.
Ik zeg niet, nooit: “strikt koolhydraatarm”, want dat houd ik simpelweg niet vol. Ik geniet van een bruine boterham met kaas, van crackers met pepersmeerkaas en komkommer, van sushi en stamppot zuurkool. Ik houd van fruit (vooral ananas en mango). Maar ik schrap vanaf nu witbrood, chips, snoep (behalve af en toe een lekker stukje chocola), magnums (ssst!!), bananen (die vind ik toch niet zo lekker), vruchtensappen (behalve pure granaatappelsap: = jummie + gezond), rijst & co (behalve sushi dan 😉 ). Daarna zien we wel weer verder.
4) Minder vlees.
Ik ben een echte carnivoor; gek op biefstuk, harde worst (Neehee, niet die. Ja, die ook), gebraden kip, schnitzel etc. etc. Maar ik ga toch echt minimaal 4 dagen per week vegetarisch proberen te eten. Gewoon, omdat het gezonder is. ‘Goed voor het milieu’ en ‘beter voor de beesten’ is fijn, maar daar gaat het me nu in eerste instantie niet om. Eieren eet ik daarentegen onverminderd voort. Ik = eier-ulk. Dan maar stinken.
5) Meer bewegen.
Ik plan het niet alleen, ik ga het ook doen. Ik ben gek op tennis en ik vind joggen best leuk (hoewel dat voor mijn meervoudig geopereerde knieën funest is). Vaker op de fiets, meer traplopen, meer in de tuin werken. Daarnaast ben ik zeer recentelijk voor 24 maanden vast lid geworden van een echt fitnesscentrum, waar ik krachttraining en (een beetje) cardio ga doen, onder begeleiding van een personal trainer. En ik heb de autosport ontdekt: in de dagelijkse file kun je prima oefeningen doen in de auto. Daarover later ook meer. Here we go!
Het mooiste van alles: Ik heb een mede-lifestyle-changer gekregen: ons aller Deen! Ook zij wil een skinny mind en een fitter lichaam. Ze was al een heel eind op weg (met -10 op de schaal van weeg en een hóóp beweging op de schaal van fiets), maar nu is ze toch weer terug geslipt in oude, slechte gewoontes. Dus die -10 is terug waar het niet hoort en Deen gaat nu fijn met me meedoen. Toch, Deen? Ja?
Deen zal in deze serie dus ook de nodige blogs schrijven (hoop ik).
Hoe het ons bij deze non-extreme lifestyle make-over vergaat, zul je hier in de loop der lente dus kunnen lezen.
Zo niet, zijn we eraan gestorven.

bron: pixabay.com (gratisography.com)
PS: even een een PS-je.
Wij hebben hier op HVD een échte afvalkanjer: Petra Kasteel. Zij beschrijft in haar blogserie ‘Mijn maat is vol’ het hele proces voor, tijdens en na een maagverkleining, een gastric bypass. En dat is geen kattenpis: daar heb je pas écht moed en kracht voor nodig. Onze poging tot slow lifestyle change mag dan ook absoluut niet vergeleken worden met alles waar zij doorheen gaat en doorheen moet om haar leven én lichaam voor haar weer levenswaardig te maken. Dát is pas een verandering van lijfstijl. Petra is ons ver vooruit, in moed, doorzettingsvermogen en kracht. Alle respect voor haar!
succes!
ik doe met jullie mee, kijken of dit mij helpt om de randjes wat eg te werken…
na de overgang begint ineens alles zo vreselijk te hangen en te deinen, ik schrok me kapot de afgelopen week :/
voordeel van de overgang was dat ik geen alcohol kon hebben, dus dat wijntje is al héél af en toe 😉
Hi Lou,
Wat mij ook geholpen heeft is geen snoep en koek me te kopen voor de kinderen. Het zijn geen stakkers hoor, want ik heb hun zakgeld iets verhoogd en ze kopen het zelf . Grappig is ook dat zij daardoor ook minder snoep eten want ze moeten eerst naar de winkel. De zak gaat dan wel snel leeg maar dat is beter voor de tanden. Als ze vol zitten van zo’n zak eten ze een maaltijd even wat minder. Geen probleem voor een keer