“Raad eens door wie ik was uitgenodigd om te komen eten?”
“Geen idee, ma. Maar ik vermoed dat het een man is geweest?”
“Jaap!”
“Jaap?” Ik graaf even in mijn geheugen. “Dat is toch die ex van Roos?”
“Ja, klopt. Hij woont sinds kort in zo’n verzorgingsflat, vlak bij mij in de buurt. Hij had me gevonden via Facebook. Sindsdien stuurt hij me iedere dag van die leuke berichten. Hier lees maar.”
Mijn moeder overhandigt me haar telefoon.
“Je hebt nog een mooi figuur. Mooie billen,” lees ik als eerste bericht.
“Ma, dat klinkt eerlijk gezegd alsof die man alleen maar geïnteresseerd is in seks…”
“Ach welnee. Jaap zit in een rolstoel en wordt iedere avond met een zo’n til-lift in z’n bed gehesen. Die kan niks meer.”
“Jaap is toch vroeger kok geweest?” probeer ik nonchalant van onderwerp te veranderen. “Dan heb je vast en zeker wel lekker gegeten?”
“Ja heerlijk! Koken kan hij als de beste!”
“Was het gezellig?”
“Ja hoor. Al na een kwartier vroeg hij of ik seks met hem wilde hebben.”
Ik verslik me bijna in mijn koffie.
“Eh, ik dacht dat hij niet meer spontaan overeind kon komen?”
“Dat dacht ik eerst ook, maar blijkbaar is dat toch niet zo.”
“Volgens Jaap… Kan ik hieruit concluderen dat je niet op zijn verzoek bent ingegaan?”
“Nee, natuurlijk niet,” reageert mijn moeder zwaar verontwaardigd. “Wat denkt hij wel niet? Ik heb ‘m maar meteen gezegd, dat ik ‘m werkelijk nog nooit aantrekkelijk heb gevonden en dat hij zich echt niet moet verbeelden dat ik op zijn avances zal ingaan. En weet je wat hij toen zei? ‘Jammer,’ zei hij ‘want ALLES doet het nog prima!’”
Mijn moeder kijkt me even stomverbaasd aan, alsof ik haar het verhaal vertel, in plaats van zij mij. “Snap jij het nog? Die man mankeert van alles, kan haast niks meer zelf, zit daarom in een elektrische rolstoel, maar beweert doodleuk dat hij werkelijk ÁLLES nog kan.”
“Misschien moet je het begrip ‘alles’ wat specifieker interpreteren?”
“Wacht even,” mijn moeder googelt op haar telefoon. “Volgens wikipedia is ‘alles’ datgene wat bestaat, heeft bestaan, zal bestaan, of ooit zou kunnen bestaan. Lekker vaag, dus. Maar goed, het is in ieder geval wel duidelijk dat er tussen hem en mij nooit iets zal bestaan of ontstaan!”
“En hoe reageerde hij op jouw afwijzing?”
“Goed. Hij vatte het redelijk sportief op: ‘Ik dacht al wel dat je niet zou willen,’ zei hij, ‘maar ik kan het toch altijd proberen, nietwaar?’Trouwens, hij beweerde ook nog even glashard dat hij tot vorig jaar regelmatig seks met Roos heeft gehad.” Mijn moeders ogen glinsteren ondeugend tijdens het delen van deze intieme roddel.
“Maar… Toen waren ze toch al gescheiden?”
“Ja, klopt. Dertig jaar geleden.”
“Tja, blijkbaar geeft een alleskunner niet zo gemakkelijk op? Die gaat door tot het gaatje… zet alles op alles…“
“Jaap, de Alleskunner…” schatert mijn moeder.
“Nou ja, hij heeft in ieder geval lekker voor je gekookt. Heb je sindsdien nog iets van ‘m gehoord?”
“Ja hoor. Ach, Jaap is best een aardige vent. Beslist geen kwaaie. Hij stuurt me nog steeds iedere dag een leuk bericht. En inmiddels heeft hij de boodschap wel begrepen dat ik er niet aan moet denken om ‘m aan te raken. Dus blijft hij keurig op gepaste afstand.”
“Da’s fijn ma.”
“Kijk maar,” mijn moeder pakt haar telefoon, “vanochtend stuurde hij me nog dit bericht:
“Hoi schatje. Misschien zouden we eens een keertje telefoonseks kunnen proberen?”

bron: pixabay.com 2212961